Dier- en plantensoorten

Samen helpen we dieren en planten in Ouder-Amstel

Natuur is overal, ook bij u in de wijk. Helaas wordt het veel plant- en diersoorten niet makkelijk gemaakt. Steeds meer woningen worden geïsoleerd, wat belangrijk is voor het klimaat, maar daardoor hebben veel dieren geen plek meer om te nestelen of te schuilen. Tuinen worden iets té netjes aangeveegd en in straten, groenperkjes en parken is een tekort aan planten en bloemen die vogels, vlinders, wilde bijen en andere soorten nodig hebben. Gelukkig kunnen we hier samen iets aan doen!

We hebben een aantal verschillende diersoorten geselecteerd voor drie gebieden in de gemeente Ouder-Amstel: Duivendrecht, Ouderkerk aan de Amstel en Werkstad OverAmstel. Deze dieren staan symbool voor de stadsnatuur in deze gebieden. Door maatregelen te nemen voor deze dieren, helpt u ook heel veel andere soorten planten en dieren. Dat is belangrijk voor de biodiversiteit, en tegelijk maken we Ouder-Amstel een stukje mooier, kleurrijker en levendiger. Kijk hieronder wat u kunt doen in uw tuin en in de buurt voor deze dieren en ga samen aan de slag!

Duivendrecht

Spreeuw


Afbeelding: de spreeuw

De spreeuw is vooral bekend van de spectaculaire zwermen in het najaar. Maar wist u ook dat de spreeuw meesters zijn in het nadoen van geluiden? Ze doen van alles na: andere vogels, kikkers, katten, honden tot aan treingeluiden aan toe. U kunt het volgende doen om de spreeuw te helpen:

Tuinbladsnijder


Afbeelding: de tuinbladsnijder

Deze wilde bij is een specialist in origami. Ze snijden kleine rondjes uit blaadjes, vouwen ze op en bekleden hun nestjes ermee. Dat levert prachtige gevulde gaatjes op in bijenhotels. Om deze bijzondere bij in uw tuin te krijgen moet u een goed hotel én restaurant aanbieden:

  • Plaats een goed insectenhotel op een zonnige plek
  • Zorg voor veel wilde bloemen in de tuin, op het balkon en in de straat. Favoriet zijn groot kattenkruid, knoopkruid, klaproos en honingklaver
  • Plant bloesemstruiken zoals meidoorn, sleedoorn en hondsroos. 

Gewone dwergvleermuis


Afbeelding: de dwergvleermuis

Eén vleermuis eet wel honderden muggen per avond. De gewone dwergvleermuis is heel klein, past in een luciferdoosje en weegt niet meer dan een suikerklontje. Deze nuttige nachtdieren slapen overdag in onze gebouwen. Maar wees gerust, ze knagen niet en geven geen overlast. Zo kunt u de gewone dwergvleermuis helpen: 

  • Houd rekening met deze beschermde soort bij isolatie en renovatie van je woning
  • Hang vleermuiskasten op aan de gevels van uw woning
  • Maak de tuin, straat en wijk vleermuisvriendelijk: wilde bloemen, klimplanten, struiken en bomen en dim het licht waar het kan

Ouderkerk aan de Amstel

Egel


Afbeelding: de egel

De egel is de vriend van iedere tuinliefhebber. De egel eet namelijk als een van de weinige dieren (naakt)slakken. Maar de egel heeft het lastig door strakke schuttingen, té nette tuinen en helaas vallen er ook vaak verkeersslachtoffers. Zo kunt u de egel helpen:

  • Leg egelsnelwegen aan die zorgen voor veilige routes door de hele wijk
  • Zorg voor schuilplekjes, plant struiken aan en laat bladerhopen liggen
  • Maak een egelhuisje voor in de tuin en plaats faunatrappetjes bij het water

Citroenvlinder


Afbeelding: de citroenvlinder

Is dat nou een fladderend citroentje? De mannetjes van de citroenvlinder hebben een knalgele kleur en vallen dan ook heel goed op. Maar als ze hun vleugels op een struik dichtklappen lijken ze net op blaadjes en zijn ze ineens zo goed als onzichtbaar. Het is een vroege fladderaar: de eerste vlinders komen al in maart op de tuinen af, maar vinden ze hun favoriete plant niet? Dan trekken ze weer verder. Zo kunt u de citroenvlinder lokken:  

  • Plant sporkehout of wegedoorn in de tuin, straat, perkjes en parken. Zonder deze struiken kan de citroenvlinder zich niet voortplanten
  • Veel nectarbloemen en de tuin, balkon en in de straat. Favoriet zijn grote kattenstaart, koninginnekruid en vlinderstruik 
  • Hang een vlinderkastje op voor een warme, beschutte plek

Huismus

huismus
Afbeelding: de huismus

De mens en de huismus leven al heel lang samen. De musjes broeden onder de daken in onze huizen en in de tuinen vinden ze voedsel en beschutting. Maar de huismus heeft het moeilijk, in gerenoveerde huizen en nieuwbouw kunnen ze vaak geen nestjes maken en er is een tekort aan veilige plekjes en voedsel. Dit heeft de huismus allemaal nodig om zich thuis te voelen: 

  • Nestelplekken: liefste onder dakpannen of anders in nestkasten
  • Dekking en voedsel: heggen, (groenblijvende) struiken, klimop en rommelhoekjes
  • Water en zandige plekjes: om te drinken en te badderen

Werkstad OverAmstel

Laatvlieger


Afbeelding: de laatvlieger

De laatvlieger is één van de grootste vleermuizen in Nederland, met een spanwijdte van zo’n 35 cm. De laatvlieger is zeker niet blind, maar ze vliegen in het donker en dan ‘kijken ze met hun oren’. Ze maken een heel hoog geluid en met hun grote oren luisteren ze vervolgens naar de weerkaatsing daarvan: dit noemen we echolocatie. Hiermee weten ze zelfs kleinste muggen in de lucht te vangen. Zo kunt u de laatvlieger helpen: 

  • Natuurinclusief bouwen: Zorg dat de laatvlieger zich ook in nieuwe gebouwen een goede slaapplek hebben
  • Vleermuisvriendelijk groen: zoveel mogelijk inheemse soorten in de wijk en een variatie aan bomen, struiken, hagen, bloemrijke stroken, klimplanten en groene daken
  • Vliegroutes: Zorg voor veilige routes tussen verblijfplaatsen (gebouwen) en jachtgebieden (groen) en dim het licht waar mogelijk

Groot avondrood


Afbeelding: groot avondrood

Groot avondrood is een prachtige nachtvlinder die van mei tot augustus rondvliegt. Met een beetje geluk spot u hem ‘s avonds in uw tuin of op uw balkon. Als u overdag goed zoekt vindt u misschien wel de rups, de olifantenrups. Met zijn grote nepogen lijkt hij een beetje op een slang, waardoor hij zijn vijanden afschrikt. Zo kunt u groot avondrood helpen: 

  • Plant wilgenroosje en grote kattenstaart, voedsel voor de rupsen opgroeien
  • De vlinder houdt van de klimplant wilde kamperfoelie, (ruige) graslandjes met struiken en groene daken met wilde bloemen
  • Laat in de herfst bladeren liggen in de tuin en in groenperkjes, dit heeft de pop van groot avondrood nodig om te overwinteren

Scholekster


Afbeelding: de scholekster

Deze weidevogel op stelten komt tegenwoordig steeds vaker in de stad voor. Hier broedt hij op platte daken, zowel op groen en grind. Heeft de scholekster een mooi plekje gevonden? Dan komt hij hier jaarlijks terug. Met  die lange oranje snavel roepen ze vaak hard "(te-)piet” en zoeken in de bodem van graslanden naar diertjes om op te peuzelen. Op deze manier helpt u de scholekster: 

  • Zorg voor geschikte daken met bloemrijk grasland en eilandjes van grind of schelp
  • Schaduwplekken op het dak met bijvoorbeeld pallets of zonnepanelen
  • Dek open regenpijpen en afvoeren af met gaas zodat kuikens er niet in vallen

De verschillende soorten hebben een onderlinge samenhang. Helpt u de ene? Dan helpt u dus vrijwel altijd ook de andere! Want al het leven is van elkaar afhankelijk. Neem bijvoorbeeld de citroenvlinder; helpt u deze soort door bloemen en struiken aan te planten? Dan helpt u niet alleen andere insecten, maar ook bijvoorbeeld vogels en egels die de struiken gebruiken als schuilplaats en vleermuizen die insecten maar al te lekker vinden. Nog mooier; meer vleermuizen betekent minder muggen in uw slaapkamer.

Illustraties: The Blue Pangolin